Elke leerling heeft een coach. De coach houdt de studieresultaten goed in de gaten, bespreekt met de leerling zijn werkhouding, de planning, het benutten van flexuren en de manier van leren. In deze gesprekken komen voortgang, eigenaarschap en studievaardigheden aan de orde.
Een coach kan een leerling ook doorverwijzen als de leerling meer hulp of ondersteuning nodig heeft. Hij/zij is het eerste aanspreekpunt voor leerlingen, ouders/verzorgers en andere docenten die lessen aan de leerling geven. De leerling, ouders/verzorgers en coach voeren regelmatig samen een gesprek (een zogenaamd LOC-gesprek). In dit gesprek heeft de leerling de regie. Van tevoren krijgt de leerling hulp bij het voorbereiden van het gesprek. Er wordt gekeken naar kernkwaliteiten, uitdagingen, het benutten van de flexuren en valkuilen. Na afloop maakt de leerling een verslag van het gesprek. Het doel van het gesprek, is om de leerling
meer verantwoordelijkheid te geven over zijn/haar leerproces. De coach begeleidt en ondersteunt de leerling hierin.Door de LOC-gesprekken weten ouders/verzorgers waar de leerling aan werkt. Dit leidt tot een grotere ouderbetrokkenheid.